Doorgeefgedicht schrijven

In onze boekenprikkelweek 2020 lieten we ons meeslepen door gedicht- en poëzietaal.  Een leeg blad papier reisde rond van onze ikkers tot onze sterrenkids om samen een doorgeefgedicht te maken 

Rode hond – Roze vliegtuig – Gele motor – Hondje Zuma en Dino poes.

Super grappig, mega grappig – Jammie jam appelmoes – Wammie wam lieve Loes.

Zwarte slak die ging in ‘t bad – op haar schootje zat een kat.

En de hond had geen neus – Maar er was wél een reus.

Die reus had maar één been – en aan dat been was er een piepkleine teen.

Daarop zat één nagel – Lang en groen – En zijn kont leek op een pompoen.

Toen kwam er een varkentje – met een grote snuit – En zijn piepklein teennageltje viel uit.